14 jaar geleden
dinsdag 26 januari 2010
zaterdag 23 januari 2010
Bangkok again
Aangekomen in het Prince Palace hotel terug even naar Greenwood travel voor wat nieuwe tips ivm met zaken die we hier nog kunnen bezoeken. Toch wel handig wat adviezen te krijgen in het Nederlands. Het blijft namelijk moeilijk om informatie te krijgen van de Thaise mensen. Altijd yes, yes zeggen, maar eigenlijk verstaan ze je niet en krijg je heel wat anders voorgeschoteld. Het is toch aanpassen geweest om met de Thaise mensen te praten. Ze willen het je altijd naar de zin maken, maar begrijpen vaak de boodschap niet. Ze blijven lachen en alles kan. Wij kennen natuurlijk ook geen Thais….. en Engels is voor hen even moeilijk natuurlijk.
We nemen een boot op de klong (kanaal) en het enige wat duidelijk is dat we in de goede richting gaan. Een hele belevenis op tijd en vooral snel uitstappen uit de boot, maar gelukkig zijn de Thaise bootconvoiyeurs zo vriendelijk om te zeggen dat we nu moeten uitstappen. Dan een eindje wandelen, het is drukkend warm, de lucht bewolkt, we vermoeden dat het vooral smog is. Bangkok lijkt ons niet de meest gezonde stad om te leven, maar er is toch wel veel te zien als je buiten de gidsen en de geleide tours gaat.
Eenmaal uit de boot op zoek naar het hard-rock café. Totaal niet wetend waar we uitgestapt zijn, maar even advies vragen en we krijgen een heel verkooppraatje van een bepaalde plek waar het solden (op zijn Nederlands) is. Nou dan maar die richting uit; blijkt achteraf dat we in de verkeerde richting uitgingen. Maar goed, na nog een advies komen we in een zaak waar allerlei stenen worden bewerkt en vervolgens in een toonzaal met allerlei juwelen…., Tja we vonden het wel een beetje gênant om in shorts in zo een zaak te stappen. Als we een juweel voor een of andere gelegenheid van 3000 euro willen kopen doen we wel een ander pakje aan :-). Dus vlug buiten na nog even de uitleg te moeten geven over Wilfried zijn witte haarpluk..
Vervolgens terug zoeken en twee Thaise heren die dat zagen wilden ons wel helpen. Geen verkopers deze keer, gewoon mensen van goede wil en dan op naar het hard-rock cafe. en we hebben het ook gevonden. Marian had namelijk een opdracht, vraag van iemand meegekregen om speldjes, pins mee te brengen uit Thailand. Even na al het geloop een biertje in het cafe en we kregen al een lidmaatschapskaart waarmee we korting konden krijgen voor de speldjes. De weg terug naar de klong goed gevonden, boot op en we wilden overstappen, bleken we op de bestemming te zijn. Naderhand werd ons duidelijk dat ze in een U-vorm varen, vandaar dat we een beetje de cere de file kwijt waren :-). Eind goed al goed bij het hotel aangekomen.
De volgende dag naar Khoket island ( een tip van jack van Greenwood). Het eiland is in vroegere tijden door de Thaise koning aan Birmanen gegeven omdat hij tevreden was over hun werkzaamheden. Eigenlijk waren het toen slaven die de vrijheid kregen en een eiland op de koop toe. Was even zoeken hoe er te komen, want toch een heel eind stroomafwaarts (40 km) de Chao Phraya rivier. Best bleek uiteindelijk de express boot te nemen tot pier 30 (verder ging de boot niet) en dit voor 26 Bath (0,5 euro) voor twee personen en vervolgens een bootje te nemen naar het eiland. Geen echte longtail boot, wel een kleintje voor ons twee, veel sneller en wij natuurlijk blij. Een hele belevenis, gewoon geweldig, aan volle vaart over de rivier in een klein bootje. Niet veel die er doen natuurlijk. Op het eiland even gekeken en gegeten en ook een fiets gehuurd om het eiland te verkennen. Na 2 uur en allerlei leuke dingen gezien te hebben, zowel tempels als jungle. Snel fietsen om op tijd te zijn bij onze bootsman, maar die zat nog rustig te keuvelen.
Op het eiland kom je ook geen buitenlanders tegen, vooral Thai people, die een beetje de drukte van Bangkok willen ontvluchten. Het is hier inderdaad veel rustiger dan in Bangkok en de gassen lijken hier ver weg. Een prachtige en snelle tocht terug en dan een Tuk-Tuk terug naar het hotel. Ons favoriete transportmiddel. Ze nemen haakse bochten en we moeten ons als apen vastklampen en gelukkig zijn we (nog) geen hartpatiënten. Zeer snel en gelukkig excellente chauffeurs die zich overal tussen en in en naast wringen. De stank van de uitlaatgassen moet je er natuurlijk maar bij nemen., Gezond is anders :-).
De volgende dag een nieuwe koffer gaan kopen, een hele grooote om alles mee te kunnen nemen. Daarna terug een tuk-tuk richting paleis van de verafgode koning. Het paleis kunnen we pas om 13.30 in omdat de koning op pad is en alles afgezet is. Nou het is wel een huisje dat de koning heeft vergeleken met wat sommige onderdanen hebben. Maar goed toch aanbidden ze hem want wat de doekomst brengt is een andere zaak. De meeste Thai zijn niet te spreken over de troonopvolger (mannelijk) en zien de tweede dochter liever als opvolger. Zij schijnt veel socialer te zijn en meer bekommerd om de mensen die het niet o breed hebben. De broer, de troonopvolger zou meer heulen met de rijken… vertelt men…
Maar goed het huis van de koning, allerlei tempels, veel Boeddha’s wat een weelde. Alles ingelegd met stenen, schelpen, krul en sierwerk. Een hele klus om dit te onderhouden en te blijven restaureren. Duizenden uren van werk en als het klaar is opnieuw beginnen; jaren door werk voor vele mensen. Bladgoud en verf, millimeter werk.
Nog wat andere monumenten en Boeddha’s bezocht en vervolgens terug naar hotel.Morgen koffers pakken en de terugreis aanvatten.
In de buurt van Pattaya
Na een trip van ong 600 km met de auto van Jan komen we aan in een plaatsje in de buurt van Pattaya. Prachtig hotel, lijkt wel iets Balinees te hebben. Leuk ingericht maar met gevaarlijke uitstekende randen aan het bed. Heeft Wilfried geweten.
In de morgen Pattaya in met een open taxi, handig systeem, om de 5 minuten komt er wel een langs en voor 10 bath kom je een heel eind. Ze rijden ook brutaler en dus sneller dan een taxi. In Pattaya, een tweede oplader gekocht voor de batterijen van Wilfried zijn fototoestel. Kunnen we terug foto’s maken. Ondertussen heeft deze tweede oplader het ook al begeven., Dus niet meer vergeten in de toekomst….
Hier zijn er veel meer toeristen, vooral Zweden, Noren en veeeeel Russen. Eigenlijk een badplaats zoals je ze overal aantreft. Kleine kraampjes met souvenirs, en vooral eten…. De Thai lijken constant te eten. Ziet er allemaal lekker uit, maar toch even opletten en maar een restaurant nemen en ons laten adviseren door de vriendin van Jan om wat typische gerechten te proeven. Op onze trip door I-Saan had onze gids, Thong, ook steeds goed adviezen wat het lokale eten betreft. Inschatten wat het allemaal is, is niet zo gemakkelijk en zaken vragen is ook niet eenvoudig vanwege de toch wel gebrekkige kennis van het Engels.
Veel gerechten met zeevruchten en vis hier. Veel kleine karretjes met eten, vaak ingepakt in bananenbladeren, saté die achterop het karretje op een kleine BBQ liggen. Creatief zijn ze in ieder geval. Trouwens ook kleine rijdende winkeltjes met van alles en nog wat.
Volgende dag uitgenodigd op een groot feest van een vriend van Jan, een Engelsman. Helaas niet naar het feestje kunnen gaan door de voet van Marian die helemaal gezwollen was. Beestje heeft dus lelijk gestoken. Dus dan maar even verder schrijven aan reisverslag en in de buurt iets gaan eten bij een Fransman. Hou je niet voor mogelijk maar had een kaart met allemaal specialiteiten uit de ‘Alsace”maw zuurkool, een varkenspoot, allerlei worsten. Wij houden het voor de verandering maar eens op een geflambeerde cognac) steak en frieten. Eens types Europees doen en het moet gezegd, zulke frieten krijg je bij ons weten in Nederland niet meer.
Het strand spreekt ons hier niet zo aan, dus we rijden maar naar een botanisch park, Nong Nooch Village. Schitterend aangelegde tuinen, zeer arbeidsintensief om te onderhouden, planten van over de hele wereld worden hier samengebracht. Gezien we de olifanttocht gemist hebben besluiten hier maar een tripje door het park te maken op een olifant. Is natuurlijk niks vergeleken met een tocht in de jungle, maar goed niets aan te doen en wellicht voor een volgende keer als we Jantje bezoeken in de buurt Chiang Mai, waar hij normaal woont. Uiteindelijk nog naar een show in een park geweest waar allerlei dansen werden opgevoerd en een schijnveldslag tussen Birma en Thailand op olifanten.
In een late namiddag maar eens de befaamde straten in Pattaya bezocht, waar iedereen flaneert en kijkt, zelfs met kinderen. Lijkt we de Reperbaan in het kwadraat. Dat hebben we dus ook eens gezien, tja…
In de morgen Pattaya in met een open taxi, handig systeem, om de 5 minuten komt er wel een langs en voor 10 bath kom je een heel eind. Ze rijden ook brutaler en dus sneller dan een taxi. In Pattaya, een tweede oplader gekocht voor de batterijen van Wilfried zijn fototoestel. Kunnen we terug foto’s maken. Ondertussen heeft deze tweede oplader het ook al begeven., Dus niet meer vergeten in de toekomst….
Hier zijn er veel meer toeristen, vooral Zweden, Noren en veeeeel Russen. Eigenlijk een badplaats zoals je ze overal aantreft. Kleine kraampjes met souvenirs, en vooral eten…. De Thai lijken constant te eten. Ziet er allemaal lekker uit, maar toch even opletten en maar een restaurant nemen en ons laten adviseren door de vriendin van Jan om wat typische gerechten te proeven. Op onze trip door I-Saan had onze gids, Thong, ook steeds goed adviezen wat het lokale eten betreft. Inschatten wat het allemaal is, is niet zo gemakkelijk en zaken vragen is ook niet eenvoudig vanwege de toch wel gebrekkige kennis van het Engels.
Veel gerechten met zeevruchten en vis hier. Veel kleine karretjes met eten, vaak ingepakt in bananenbladeren, saté die achterop het karretje op een kleine BBQ liggen. Creatief zijn ze in ieder geval. Trouwens ook kleine rijdende winkeltjes met van alles en nog wat.
Volgende dag uitgenodigd op een groot feest van een vriend van Jan, een Engelsman. Helaas niet naar het feestje kunnen gaan door de voet van Marian die helemaal gezwollen was. Beestje heeft dus lelijk gestoken. Dus dan maar even verder schrijven aan reisverslag en in de buurt iets gaan eten bij een Fransman. Hou je niet voor mogelijk maar had een kaart met allemaal specialiteiten uit de ‘Alsace”maw zuurkool, een varkenspoot, allerlei worsten. Wij houden het voor de verandering maar eens op een geflambeerde cognac) steak en frieten. Eens types Europees doen en het moet gezegd, zulke frieten krijg je bij ons weten in Nederland niet meer.
Het strand spreekt ons hier niet zo aan, dus we rijden maar naar een botanisch park, Nong Nooch Village. Schitterend aangelegde tuinen, zeer arbeidsintensief om te onderhouden, planten van over de hele wereld worden hier samengebracht. Gezien we de olifanttocht gemist hebben besluiten hier maar een tripje door het park te maken op een olifant. Is natuurlijk niks vergeleken met een tocht in de jungle, maar goed niets aan te doen en wellicht voor een volgende keer als we Jantje bezoeken in de buurt Chiang Mai, waar hij normaal woont. Uiteindelijk nog naar een show in een park geweest waar allerlei dansen werden opgevoerd en een schijnveldslag tussen Birma en Thailand op olifanten.
In een late namiddag maar eens de befaamde straten in Pattaya bezocht, waar iedereen flaneert en kijkt, zelfs met kinderen. Lijkt we de Reperbaan in het kwadraat. Dat hebben we dus ook eens gezien, tja…
donderdag 21 januari 2010
I-Saan: dag 5
Na het ontbijt richting Sukhothai, eerste hoofdstad (voor 14e eeuw) van het vroegere Siam. Onderweg stopt onze gids, Thong, nog even een worst te kopen, een plaatselijke specialiteit die we dan bij de lunch opgediend krijgen.
In Soukhothai nemen we de fiets om door het historische park rond te toeren. We maken hier een rondje van ong 6 km en zien prachtige ruines, parken, waterpartijen en krijgen de nodige uitleg van onze gids over de moedige veldslagen van de vroegere koning die met de hulp van Boeddha al zijn vijanden verslagen heeft. Maar deze koning was niet alleen een vechtersbaas maar ook een goede vorst voor zijn onderdanen. Geen ingewikkelde procedure om de man te zien te krijgen voor het oplossen van allerlei (politieke) problemen, gewoon een grote klok. Het geluid van de klok liet de man naar buiten komen om naar zijn onderdanen te luisteren (zo wil de overlevering).
In Soukhothai nemen we de fiets om door het historische park rond te toeren. We maken hier een rondje van ong 6 km en zien prachtige ruines, parken, waterpartijen en krijgen de nodige uitleg van onze gids over de moedige veldslagen van de vroegere koning die met de hulp van Boeddha al zijn vijanden verslagen heeft. Maar deze koning was niet alleen een vechtersbaas maar ook een goede vorst voor zijn onderdanen. Geen ingewikkelde procedure om de man te zien te krijgen voor het oplossen van allerlei (politieke) problemen, gewoon een grote klok. Het geluid van de klok liet de man naar buiten komen om naar zijn onderdanen te luisteren (zo wil de overlevering).
Na de lunch naar Phitsanulok en vooraleer naar het hotel te gaan bezoeken we nog de Wat Mahathat tempel, gelegen aan de Nan Rivier. Hier staat volgens Thong de Boeddha number one. Het is eigenlijk een heel tempelcomplex met allerlei kraampjes om offergaven te kopen en vooral te eten. Ons valt het op dat de Thai constant eten, weinig vlees vooral groenten, rijst en noodles en dat zeer spicy.
Onze Thong eerst naar binnen om ons aan te melden, stelt zich aan John voor als Nederlander. John, de broer van Marian weet totaal niet waar de klepel hangt en reageert zeer verbaasd, maar beleefd en geeft Thong een hand. Tja, hilariteit alom natuurlijk als wij de hal in komen en John ons ziet. De puzzel valt op zijn plaats. Thong wist natuurlijk dat we John hier gingen ontmoeten, alleen toeval, of dank zij Boeddha zou Thong zeggen, dat we tgt aankomen. In ieder geval een leuk weerzien na 2 jaar. De avond met Jan of John en vriendin interessant afgesloten met hapje, drankje en veel verhalen.
I-Saan: dag 4 (300 km)
Op tijd opstaan vandaag om het schouwspel gade te slaan van de monniken die hier traditiegetrouw elke morgen, bij zonsopgang bij de families langs gaan voor almoezen. Een hele processie leek het wel met af en toe wat getoeter en getrommel.
Vervolgens terug op pad, een rit eerst verder langs de Mekong en vervolgens door de bergen met dicht jungle; een schitterende route.
In het dorp Bo Po leeft de plaatselijke bevolking van zoutwinning. Een grote bron veel zout; het water wordt met emmers opgehaald en vrouwen slepen het water om het vervolgens aan de kook te brengen tot er alleen zout over blijft.
Dit kan echter alleen tijdens de droge maanden. Tijdens de tocht door het dorp is Marian schijnbaar door iets gebeten, wat een behoorlijk gezwollen voet opleverde.
Verder door het Phu Hin Hong Kla national park waar diverse Hmong bergstammen leven. Hier toch al een hoogte van 1300 meter en dat heeft de auto geweten. Traagjes naar boven. De lokale bevolking verkoopt allerlei soeveniers en ook allerhande kruiden en andere gewassen. Wij kopen voor de gezondheid maar twee pakken Ginsing, schijnt gezond te zijn als je er thee van maakt :-).
Vervolgens naar het Lan Hin Teak park. Een eigenaardig lavalandschap(?). Opletten waar je voeten plaatst want er zijn allerlei kloven en geulen die vroeger door de communistische strijders gebruikt werden om zich te verschansen en hinderlagen te leggen. Nu nog wordt de ingang van het park bewaakt door militairen omdat het een goed toevluchtsoor is voor allerlei personen die iets op geweten hebben.
In de buurt van onze verblijfplaats, het Rain Forest Resort, bezoeken we nog de waterval en lopen we verder richting een kleine nederzetting.
Vervolgens terug op pad, een rit eerst verder langs de Mekong en vervolgens door de bergen met dicht jungle; een schitterende route.
Dit kan echter alleen tijdens de droge maanden. Tijdens de tocht door het dorp is Marian schijnbaar door iets gebeten, wat een behoorlijk gezwollen voet opleverde.
Verder door het Phu Hin Hong Kla national park waar diverse Hmong bergstammen leven. Hier toch al een hoogte van 1300 meter en dat heeft de auto geweten. Traagjes naar boven. De lokale bevolking verkoopt allerlei soeveniers en ook allerhande kruiden en andere gewassen. Wij kopen voor de gezondheid maar twee pakken Ginsing, schijnt gezond te zijn als je er thee van maakt :-).
Vervolgens naar het Lan Hin Teak park. Een eigenaardig lavalandschap(?). Opletten waar je voeten plaatst want er zijn allerlei kloven en geulen die vroeger door de communistische strijders gebruikt werden om zich te verschansen en hinderlagen te leggen. Nu nog wordt de ingang van het park bewaakt door militairen omdat het een goed toevluchtsoor is voor allerlei personen die iets op geweten hebben.
In de buurt van onze verblijfplaats, het Rain Forest Resort, bezoeken we nog de waterval en lopen we verder richting een kleine nederzetting.
maandag 18 januari 2010
I-saan: dag 3 (ong.270 km)
Na het onbijt richting Ban Phu, een eigenaardig pad met allerlei grillige rotsformaties. Sommigen lijken we hunebedden. Veel van deze formaties zijn ontstaan na een aardverschuiving, lang geleden, waarbij men nu in de bedding loopt van de vroegere Mekong-rivier. De formaties zijn echt indrukwekkend. Ook zijn er oude rotschilderingen te zien van 4000vc-1000vc, dus de pre-Boedhha periode :-).
Vanaf Si Chiang Mai volgen we nu de indrukkewekkende Mekong-rivier die ook de grens vormt met Laos. De Mekong rivier is ong 4500 kilometer lang, ontspringt ver in de Himalaya en wordt beschouwd als één van de belangrijke rivieren in Azië.
Aan de andere kant (Laos) zien we vooral regenwoud, en precies weining nederzettingen. De Thaise kant is echter voor het grootste gedeelte ontgonnen met diverse kleine dorpjes en stadjes. In zo een nederzetting aan de Mekong, Sangkom, eten we wat. Een oud vrouwtje vist hier nog op de traditionele manier, maar ze heeft weining geluk. Twee kleine visjes. De grote vissen zitten in het midden van de rivier, maar zo ver rijkt haar eigenaardige visnet of viskorf niet.
Aan de andere kant (Laos) zien we vooral regenwoud, en precies weining nederzettingen. De Thaise kant is echter voor het grootste gedeelte ontgonnen met diverse kleine dorpjes en stadjes. In zo een nederzetting aan de Mekong, Sangkom, eten we wat. Een oud vrouwtje vist hier nog op de traditionele manier, maar ze heeft weining geluk. Twee kleine visjes. De grote vissen zitten in het midden van de rivier, maar zo ver rijkt haar eigenaardige visnet of viskorf niet.
Wij arriveren in het stoffige dorpje Chiang Khan waar we overnachten in een hotel dat in de typische lokale stijl is gebouwd, namelijk volledig in hout. De vloeren worden er elke dag geboend en de schoenen dienen dus beneden aan de trap te blijven staan. Vanuit de kamer hebben we een prachtig zicht op de Mekong rivier, die langzaam en tijdloos lijkt verder te stromen. En plek om stil van te worden.
zondag 17 januari 2010
I-Saan: dag 2 (ong. 400 km)
Na het ontbijt naar het pottenbakkersdorp in Ban Dan Kwain. Alles gebeurt hier nog met de hand en het zijn echte vakmensen. Een pot namaken is geen probleem met een eenvoudig toch effectief systeem om de maten op te meten. En een pot wordt bij het bakken groter, dus hier moet ook rekening mee worden gehouden. Fraaie kleuren en allerlei vormen. We hadden hier nog wel een tijdje kunnen rondlopen, maar gisteren waarschijnlijk te veel van alles geproefd en nu dus wat darmproblemen. Het is bekend, niets proeven, maar fruit en allerlei andere etenswaren zagen er heerlijk uit....
We zoeven verder door het boeiende Thaise landschap naar Phrasat Hin Phimai, Khmer ruines uit de 12 eeuw. Met Thong lopen we door dit schitterende park die ons allerlei informatie verschaft over de verschillende gebouwen. Oorspronkelijk vooral Hindoeïstisch, later de invloed van Boedhha. Bepaalde centrale plaatsen waar Hindoeistische beelden en symbolen stonden zijn toen vervangen door de Boedhha of gewoon verwijderd. Vroeger was dit tempelcomplex trouwens ook verbonden met Angkor Wat (hier zie je ook de beide invloeden).
Iets verder ligt ook de heilige boom 'de Bayan Tree, die 350 jaar oud zou zijn. De meest vreemde boom die we ooit gezien hebben. Lijkt wel op een soort mangrove, maar dat kan hier natuurlijk niet. Onder de boom die geluk brengt zie je allerlei mensen zitten die je de (goede) toekomst willen voorspellen... en mits de goede offergaven komt diet toekomst altijd uit. Is natuurlijk kwestie van de goede en gepaste offergaven te geven ....
Het volgende culturele erfgoed dat we aandoen is Baan Phrasas; is kort geleden voor het publiek geopend en hier vinden we de oudste archeologische vondsten van thailand. Op een kleine oppervlakte zijn de verschillende archeologische lagen zichtbaar, skeletten, aardewerk en sieraden van hoge kwaliteit zijn hier gevonden.Na deze boeiende dag komen we uiteindelijk aan in het President Hotel in Udon Thani.
zaterdag 16 januari 2010
I-Saan Tour: dag 1 (ong. 352 km)
Rond 8 uur vertrekken we voor deze toer vanuit Bangkok richting Korat (Nokorn Ratchasima), de toegangspoort tot I-Saan. Omdat het we maar met twee zijn, geen minibus, maar een auto (Volvo 940); een kleine misrekening, want dit wordt natuurlijk een probleem met de bagage, daar we al flink ingekocht hebben in Bangkok. Daarnaast is het fotograferen vanuit de auto altijd minder interessant vanwege hoogteverschil J. Onze gids Sreerunothai Thongchai, kortweg Thong blijkt een fervente Boeddha fan te zijn. Hij kent het hele leven van de man en al de wondere daden… In ieder geval krijgen we altijd zeer veel informatie over van alles en nog wat; de vele ‘super monks’, allerlei planten en dieren en het benoemen van de vruchten gaat natuurlijk gapaard met het proeven. Nou ja, dat heeft Marian geweten na het proeven van de meest spicy dingenJ
In ieder geval zijn we blij dat we Bangkok verlaten, wellicht minder warm en vooral minder druk. Na de randsteden van Bangkok wordt het landschap vrij vlak, de wegen zijn in orde, 2-3 rijstroken en geen Nepalese toestanden J . Een eerste halte is de Tadan Dam, waar het zowaar nog heter is dan in Bangkok. De zon schijnt, maar steeds blijkt er een soort smog te hangen. De heldere blauwe lucht om leuke foto’s te maken ontbreekt.
Vervolgens rijden we verder door een dichtbegroeid en heuvelachtig landschap naar het Khao Yai national Park. Eerst stoppen we nog even bij een tempel, befaamd vanwege de lipstick die hij draagt.
Aan de ingang van het tempelcomplex overal kraampjes met souvenirs, eten en veel nog meer kraampjes die loten (loterij) verkochten. Blijkt dat deze Boeddha bij de juiste offergaven je kans doet stijgen om te winnen in de lotto.
Vervolgens verder richting oudste nationale park van Thailand. Olifanten en tijgers hebben we hier niet gezien; wel apen die voorbij rijdende auto’s opwachten in de hoop op wat gemakkelijk voedsel.
Het park heeft ook een klein museum waar we door een videofilm een goed beeld krijgen van het park en de ontstaansgeschiedenis. Dan een wandeling door het park, waar we van Thong allerlei interessante informatie krijgen. Het doel van onze tocht is de Heaw Narok Waterval, de grootste en hoogste waterval in dit gebied. Het laatste gedeelte bestaat uit bijna loodrechte trappen naar beneden. Thong huppelt naar beneden als het gems, wij nemen het zekere voor onzekere en houden ons toch maar vast aan de balustrade. Het schouwspel is prachtig.
De weg vervolgt zicht langs het Lamtakong meer waar we een prachtige zonsondergang meemaken.
Rond het vallen van de avond krijgt onze gids het idee om nog even te stoppen aan de Non Koom tempel, ook bekend als de Viharn LuangPhor Toh. De beroemde Thaise acteur (had er nog nooit van gehoord), Sorapong Chatree is de oprichter van de tempel. In de tempel staat het grote standbeeld van de Thaise monnik LuangPhor Toh (LP Toh), de abt van Wat RaKang. Toen we langs de ingang van de tempel reden om het beeld van de beroemde monnik te bezoeken ging Thong zowat uit zijn dak, want daar stond de andere (film)ster. Auto afremmen, Thong uit de auto richting filmster, en come come come, wij volgen voor een foto met de beroemde man J. Volgens Thong, it was a lucky day met lipstick-Boeddha, the supermonk en de filmster….
Uiteindelijk rond 7.30u aankomen in resort.
Uiteindelijk rond 7.30u aankomen in resort.
Dagen in Bangkok
Na het kuieren in de stad en soms wanhopig een taxi of tuk tuk proberen te pakken te krijgen. Toch even wennen aan het verkeer aan de linkerkant, je kijkt de verkeerde kant op bij het oversteken en loopt links midden op de weg, je ziet de auto's en motorfietsen wel .... tja, een paar keer opzij mogen springen na getoeter achter de rug. Maar goed als de monnik zijn weg vindt.
Een avond hebben we een boottocht op een rijstboot over de Chao Praya (de grote rivier die door Bangkok stroomt) gemaakt. Zo krijg je een goede indruk van alle interessante tempels, paleizen en buildings.
Dit ging gepaard met een heerlijk diner. Tekst en uitleg over het eten werd gegeven door a real Englisch gentleman.
De volgende dag een toer door de klongs, de lokale kanalen. We hadden een andere toer, omdat onze keuze die dag niet beschikbaar was. Hebben we geweten, na 1 uur in het busje om aan de boot te komen, door het chaotische verkeer ook te laat, begon de race-toer door de klongs. Nou fotoapparaat maar ingesteld op "lopende mannetje" om toch nog maar iets fatsoenlijk op de foto te krijgen. Daarnaast nog een vrouwelijke gids die met allerlei flauwe grapjes dacht dat ze klasje van 6-jarigen moest entertainen. Dus geen drijvende markten, wel voorbijflitsende tempels en water in de boot door de snelheid. Vervolgens op een rijstboot voor wat fruit en een drankje en de meeste dingen hadden we dag voordien al gezien. Dus dat was niet zo geslaagd.
Dan een kleine offergave voor Boedhha voor het verdere verloop ....
Abonneren op:
Posts (Atom)